Van al die enge vragen die standaard worden gesteld tijdens een sollicitatiegesprek, is de moeilijkste vraag overduidelijk: ‘Wat is je grootste zwakte’. Het is een vraag die vraagt om preciés genoeg zelfspot. Want bij net teveel kan jouw potentiële werkgever dit als een reden zien om je niet aan te nemen en bij te weinig kom je over als iemand die niet kritisch kan denken.
Volgens auteur en professor Adam Grant, proberen de meeste mensen de vraag te ondermijnen door een zwakte om te draaien in een sterkte als hun deze vraag gesteld wordt (bijvoorbeeld: “Ik ben te perfectionistisch” of “Ik ben vaak te gefocust”).
Het lijkt misschien een heel goed idee om een positieve draai te geven aan jouw “grootste” zwakte (die dan ineens niet meer zo groot lijkt), maar meerdere studies tonen aan dat een andere aanpak beter zou zijn. Grant beveelt dan ook aan om eerlijk en nauwkeurig te antwoorden als je geconfronteerd wordt met deze vraag. Het blijkt namelijk zo te zijn dat werkgevers meer onder de indruk zijn van sollicitanten die bezig zijn als een nauwkeurig en eerlijk iemand te worden gezien, dan sollicitanten die bezig zijn als een positief iemand te worden gezien.
Een onderzoek van Harvard toonde aan dat slechts 23% van de populatie die werd geïnterviewd door de onderzoekers, hun negatieve kwaliteiten vermeldde wanneer hun werd gevraagd naar hun zwaktes. De overige 77% maskeerde hun zwaktes met kwaliteiten zoals “ik ben te aardig” of “ik ben te veeleisend als het gaat om eerlijkheid”. De onderzoekers stelde vast dat ze eerder de kandidaten zouden aannemen die hun zwaktes kunnen opnoemen, omdat het een kwestie van lef is om dat toe te geven.
Dus de volgende keer als je een sollicitatiegesprek hebt en er gevraagd wordt naar jouw zwakste punt, geef deze dan toe. Eerlijkheid is tenslotte de grootste kracht die een mens kan bezitten!